Na een lange reeks fusies en overnames zijn de "big three" Universal, Sony en Warner samen goed voor bijna 90 % van de muziekmarkt, de zogenaamde independents verdelen de overige tien procent.
Onder de paraplu van de drie grote muziekconcerns schuilt echter nog een grote diversiteit aan allerlei sublabels die zich specialiseren in bepaalde niches.
Een neus voor talent gekoppeld aan slimme marketing vormt nog altijd de sleutel voor succes. Labels uit onze lage landen als Telstar, Antler, CNR en Pallette boekten op die manier mooie successen.
Maar dat die neus voor talent niet altijd naar behoren werkt, bewees het Decca-label in 1962 door het dan nog onbekende gitaargroepje The Beatles na een auditie af te wijzen wegens "guitar groups are on the way out". Ondanks deze beruchte misser bestaat Decca nog altijd als sublabel van Universal, maar heeft de focus verlegd van pop naar klassiek.